NIRAS, de Belgische instantie die al het hoogradioactief afval beheert, heeft een ontwerpplan geschreven voor het langetermijnbeheer van
hoogradioactief en/of langlevend kernafval. Via een publieksconsultatie konden mensen en instanties reageren op dit plan, en dat heeft WISE gedaan.
Wij moedigen ook anderen aan dit te doen. Zienswijzen kunnen on-line hier worden ingediend. Dit kan tot 13 juni.
Onze algemene conclusie is dat deze SEA laat zien dat NIRAS een te beperkte opvatting heeft van welke milieueffecten en risico’s in dit stadium al kunnen en zouden moeten worden ingeschat. Bovendien laat de SEA een sterke vooringenomenheid zien bij NIRAS voor de noodzaak van de productie van dit afval (geen overweging van, en het uitsluiten van argumenten voor preventie), en voor de keuze van één technologische oplossingsweg waarvan de rechtvaardiging niet door de aangeleverde argumentatie wordt gedekt, en die verblindend heeft gewerkt voor de analyse van mogelijke alternatieven – een verblinding die al tot jaren vertraging heeft geleidt doordat NIRAS in 2011 te sterk vast hield aan diepgeologische berging in de Boomse klei.
NIRAS heeft methodisch een defensieve SEA geschreven. In plaats van een inventaris van belangrijke aspecten te maken en daarvoor een kwalitatief zo goed mogelijke, als ook daar waar dat mogelijk is een kwantitatieve, inschatting te maken van effecten, sluit NIRAS alles waaraan een bepaalde onzekerheid kleeft uit. Daarmee creëert het bewust een overgesimplificeerd beeld dat daarenboven nog eens te positief is in de uiteindelijke conclusie.
Meer specifiek:
• Er dient meer aandacht te worden gegeven aan het feit dat de huidige default oplossingsweg bestaat uit tijdelijke opslag en dat dit ook milieugevolgen met zich meebrengt die een integraal onderdeel vormen van iedere bergingsoptie, en meegenomen dienen te worden in de voorziene tijdschalen voor de implementatie van een eindberging, en niet alleen als zero option;
• er dienen in dit stadium al meer velden van milieugevolgen meegenomen te worden;
• incidenten en ongevallen mogen ook in dit stadium niet uitgesloten worden;
• alternatieven dienen meer serieus genomen te worden;
• er dient grensoverschrijdend te worden geanalyseerd;
• NIRAS concentreert zich te veel op kwantitatieve analyse van kleine en vaak marginale details en keert zich actief af van alle factoren die aanzienlijke milieueffecten kunnen hebben (incl. incidenten en ongevallen, en menselijke interventie). In plaats van een goed kwalitatief overzicht te geven, geeft NIRAS alleen een beperkt aantal detailfeiten van de paar factoren die het in dit vroege stadium al kan overzien, en sluit het alle andere factoren uit van overweging;
• de complexiteit van milieueffecten van verschillende opties voor eindberging dient duidelijker te worden erkend en beschreven in een vergelijking tussen verschillende alternatieven en in vergelijking met preventie van de productie van verschillende vormen van radioactief afval.
Deze SEA van NIRAS voldoet niet aan de eisen die aan een SEA voor een plan voor de verwerking en behandeling van lang levend en hoogradioactief afval mogen worden gesteld en moet derhalve worden afgekeurd.
De voorgelegde wettekst moet in de aangegeven richting worden aangepast.