Nog steeds doet een groot deel van de stroomleveranciers in Nederland zich groener voor dan ze zijn. Dat blijkt uit de jaarlijkse Stroomranking van de Consumentenbond, Natuur & Milieu en WISE. De organisaties roepen de politiek op om transparantie te verplichten.
De organisaties beoordeelden 54 stroomleveranciers investeringen, inkoop en levering van stroom, voor zowel de particuliere als de zakelijke markt. De resultaten leiden tot een rapportcijfer voor duurzaamheid. Voor de zakelijke markt is dat gemiddeld een 5,0. De consumentenleveranciers doen het een stuk beter, met een gemiddelde van 6,8.
Greenwashing
Opvallend is echter het verschil tussen de inkoop en de levering van stroom bij een grote groep aanbieders. Twee derde van hen krijgt een lager cijfer voor de stroom die ze inkopen dan voor de stroom die ze leveren aan hun klanten. Dat betekent dat de ingekochte stroom voornamelijk grijs is en, voor levering aan de klant, ‘vergroend’ wordt met los bijgekochte certificaten, zogenaamde Garanties van Oorsprong (GVO’s). Deze vorm van inkoop draagt vaak nauwelijks bij aan toename van duurzame energie-opwek in Nederland. Maar leveranciers kunnen zo wel heel duurzaam lijken, omdat op hun stroometiket dan ‘groene stroom’ prijkt. ‘Dat is greenwashing’, vinden de onderzoekers.
Wettelijke transparantieplicht
Sinds 2005 zijn energieleveranciers verplicht klanten te informeren over de samenstelling van de elektriciteit die zij leveren. Dit doen zij aan de hand van een stroometiket. Maar die transparantieplicht geldt niet voor de ingekochte stroom. Hierdoor blijft onzichtbaar dat achter de certificaten soms vervuilende, grijze stroom schuilgaat. ‘Daar zijn consumenten én echt groene leveranciers de dupe van’, menen de onderzoekers. ‘Consumenten kunnen op basis van de informatie die ze krijgen, niet bepalen of ze met een echt duurzaam bedrijf te maken hebben.’ De organisaties roepen daarom de politiek op om met een wettelijke transparantieplicht te komen voor ingekochte stroom. Kamerleden Matthijs Sienot (D66) en Carla Dik-Faber (CU) vroegen eerder al aandacht voor transparantie op de stroommarkt. Zij zullen de oproep daarom aankaarten in de Tweede Kamer.
De grootste verschillen tussen inkoop- en levering zijn te zien bij Clean Energy, Energiedirect.nl, Essent, Woonenergie, Oxxio, United Consumers en Neosmart.
Echt groene leveranciers
De Stroomranking maakt zichtbaar welke stroomleveranciers écht groen zijn en welke niet. Net als in 2019 krijgen vijf stroomaanbieders een 10. Tien stroomleveranciers krijgen een 8 of hoger.
Opvallend is vooral de 8,1 voor Eneco. Het is voor het eerst in de 7-jarige geschiedenis van het onderzoek dat één van de ‘Grote drie’ zo hoog scoort. Eneco is samen met Vattenfall en Essent verantwoordelijk voor grofweg twee derde van het totale stroomaanbod op de consumentenmarkt. Vergroening van zo’n energiereus heeft een grote impact op de verduurzaming van de hele Nederlandse stroomvoorziening. Helaas blijven de andere twee reuzen achter: Vattenfall scoort een 4,3. Essent een 4,8.
Andere opvallende stijgers zijn Budgetenergie (van 3,7 in 2019 naar 7,7) en NLE (van 3,9 naar 6,3). Zij kochten beiden een stuk duurzamer in dan vorig jaar.
Bijdrage aan verduurzaming
Met de jaarlijkse Stroomranking willen de drie maatschappelijke organisaties de transparantie van de stroommarkt vergroten, zodat klanten goed geïnformeerd keuzes kunnen maken. Het onderzoek is bovendien een motivator voor leveranciers om duurzame(re) keuzes te maken en zo een steeds grotere bijdrage te leveren aan de vergroening van het totale energieaanbod in Nederland.